Nida > Pāvilosta (Letland)
Woensdag 26 juli 2023 - Dag 11
Na een paar heerlijke dagen op de Koerse schoorwal is het tijd om verder te reizen, maar niet voor we toch nog even kijken hoe dicht we bij Kaliningrad kunnen komen. Het begint veelbelovend maar na een paar kilometer blijkt de weg gebarricadeerd. We mogen niet verder. Omdraaien dus maar.
Bij de veerboot aangekomen hoeven we niet lang te wachten, nog geen 10 minuten later vertrekt de boot en rijden we verder noordwaarts richting de grens met Letland.
Net voorbij Jurkalne komen we door een stukje bos waarvan er zoveel zijn. Vlak voor ons komt er iets bruins uit het bos. De ree schrikt nog meer van ons dan wij van haar en rent gelukkig terug het bos in, we weten niet zeker of we haar hadden kunnen ontwijken. Het is erg ongebruikelijk om op deze tijd van de dag een ree te zien, het is in ieder geval een waarschuwing om oplettend te blijven.
Overal langs de weg staan auto's geparkeerd. Vrouwen en mannen lopen met emmertjes door de lage struikjes in het bos. We kunnen niet zien of ze paddenstoelen plukken of dat ze bosbessen zoeken, we gokken op het laatste.
Om kwart over 12 rijden we de grens met Letland over: land nummer 5 van deze reis. Behalve een bord met “Latvija” en een overgang van slecht naar beter wegdek is er van een grens niets meer te merken.
Net voorbij Jurkalne komen we door een stukje bos waarvan er zoveel zijn. Vlak voor ons komt er iets bruins uit het bos. De ree schrikt nog meer van ons dan wij van haar en rent gelukkig terug het bos in, we weten niet zeker of we haar hadden kunnen ontwijken. Het is erg ongebruikelijk om op deze tijd van de dag een ree te zien, het is in ieder geval een waarschuwing om oplettend te blijven.
Overal langs de weg staan auto's geparkeerd. Vrouwen en mannen lopen met emmertjes door de lage struikjes in het bos. We kunnen niet zien of ze paddenstoelen plukken of dat ze bosbessen zoeken, we gokken op het laatste.
Om kwart over 12 rijden we de grens met Letland over: land nummer 5 van deze reis. Behalve een bord met “Latvija” en een overgang van slecht naar beter wegdek is er van een grens niets meer te merken.
We maken een lunch stop in het stadje Liepaja dat in het Letse volkslied als "stad van de wind" wordt bezongen. Het voelt hier totaal anders dan in Litouwen, veel meer Oost-Europees. De gebouwen zijn ook anders, meer beton. Ook de kleding die de (oudere) vrouwen dragen ademt nog volop Oostblok (of zoals een reisgids het beschrijft: "er hangt een nostalgische sfeer"). Vreemd is het niet, want na de 2e Wereldoorlog is de stad 45 jaar lang van de buitenwereld afgesloten geweest: alleen met een speciale vergunning konden Letse en buitenlandse bezoekers de stad binnen.
Na de lunch wandelen we door naar Liepājas Pētertirgus, ofwel Peter’s Markt. De Peter die zijn naam aan deze markt maar ook aan een huis heeft gegeven is Peter de Grote. Hij zou hier 1697 enkele dagen verbleven hebben, op weg naar West-Europa.
Naast de warenmarkt bevindt zich de Centrale markthal, met een prachtige Jugendstilgevel. Hier wordt verse vis en vlees en Letse producten van topkwaliteit verkocht.
Naast de warenmarkt bevindt zich de Centrale markthal, met een prachtige Jugendstilgevel. Hier wordt verse vis en vlees en Letse producten van topkwaliteit verkocht.
We hebben voldoende tijd in het stadje doorgebracht en rijden naar het ten noorden Liepāja gelegen Karosta. Tsaar Alexander III liet hier aan het einde van de 19e eeuw militaire complexen en een oorlogshaven aanleggen. Midden in een woonwijk liet tsaar Nicolaas II rond 1900 het hoogste koepelgebouw van de Oostzeekust bouwen: de enorme orthodoxe Sv. Nikolaja pareiztic. katedrale (St. Nikolaaskathedraal). Het is een enorm imposant gebouw dat van veraf al zichtbaar is.
Het gebouw vormt een scherp contrast met de vervallen betonnen woonflats die tegenover de kathedraal staan. Je zult maar arm zijn, in een oud en slecht geïsoleerd huis wonen en iedere dag uitkijken op de geldverslindende gouden kathedraal…
O ja, en vooral geen boze gedachten hebben of kwade woorden spreken bij het betreden van de kathedraal. Wat zou er dan gebeuren, vraag ik me af???
O ja, en vooral geen boze gedachten hebben of kwade woorden spreken bij het betreden van de kathedraal. Wat zou er dan gebeuren, vraag ik me af???
Verder naar het noorden aan de kust liggen de overblijfselen van de vestingscomplexen van de voormalige oorlogshaven. Deze zijn in de Eerste Wereldoorlog verwoest en vallen steeds meer ten prooi aan de zee. Het ziet er bizar uit.
Ook van het nog iets verderop gelegen fort is weinig meer over. Wel zijn het dankbare canvassen geworden voor graffiti kunstenaars.
We rijden de laatste drie kwartier van de dag naar het kleine gehucht Pāvilosta. Ruth en Steve hebben hier een hotelkamer geboekt en wij zoeken een plek op de camperplaats tegenover hun hotel, aan de andere kant van de rivier, die even verderop uitmondt in zee.
We brengen de avond door met wijn en pizza in een bar/restaurant naast het hotel en tegen half tien lopen we naar de lange pier om de zonsondergang te zien. We hebben geluk, het is een prachtige avond en de zonsondergang is fantastisch. Wat een mooie afsluiting van alweer een mooie dag met z’n vieren!
Hieronder nog de route die we hebben gereden: