Kållansös > Honborgasjön >Falköping

Zondag 27 februari 2022 - Dag 11
Als we om even na zeven uur naar buiten kijken krijgen we eindelijk een beeld van waar we zijn:
Stacks Image 14
Later, wanneer we de bus uitstappen zien we pas echt goed waar we beland zijn gisteravond. Het is een plek met een verhaal. Er woonden hier vijf generaties vuurtorenwachters totdat een aantal jaren geleden het beheer van de vuurtoren werd overgenomen door de Zweedse marine.

Stig-Olof (we ontmoeten hem even later) was de laatste vuurtorenwachter in de vijfde generatie en was het laatste kind dat op Naven werd geboren. In 2006 kocht hij de passagiersboot Navaren. Opnieuw trad hij in de voetsporen van zijn grootvader Gustav Jonsson (vuurtorenwachter in de derde generatie) die ongeveer 100 jaar geleden de passagiersboot "Nafven" Kållandsö-Lidköping bestuurde. Op dat moment was het de snelste beschikbare communicatieroute naar de stad.

Een plek met veel historie dus. De laatste jaren zijn hier dus een camperplaats en stuga’s gebouwd met excellente voorzieningen: een complete keuken en prachtig sanitair.
Stacks Image 18
Nog een grappige legende over het ontstaan van het Vänernmeer: het zou zijn bestaan te danken hebben aan de woedeaanval van een reus.
Toen deze in een grijs verleden met een ploeg zijn akker wilde bewerken, maar geen enkele vore kon trekken, rukte hij uit woede twee grote stukken land uit de grond en slingerde ze in de Oostzee. Uit deze stukken ontstonden Öland en Gotland. De gaten, die in de loop der eeuwen met water volstroomden, werden de twee meren Vänern en Vättern.

Overigens voelt het hier echt alsof we aan zee zitten, er is zelfs een golfslag.
Stacks Image 24
Stacks Image 22
Stacks Image 26
Rond half 11 zetten we koers naar het Hornborgasjön meer, een uurtje rijden vanaf Naven. We rijden eerst naar de Utloppets parkeerplaats in het westen van het meer. Vanaf de parkeerplaats hier is het een kwartiertje lopen naar de Utloppets vogeltoren. Er zitten hier veel grauwe en Canadese ganzen en enkele knobbelzwanen. Zoals verwacht is er geen spoor van kraanvogels. Mooi is het er wel dus we blijven een half uurtje om vooral van het uitzicht en de bedrijvigheid van de ganzen te genieten.
Stacks Image 32
Stacks Image 30
Stacks Image 46
Aan alles merk je dat de lente de winter probeert te verdringen. De kool- en pimpelmeesjes en sijsjes fluiten erop los en de zon voelt (uit de wind) al best wel warm. Maar voor nu wint de winter het nog.
Stacks Image 36
Dan rijden we door naar de Oranabbes parkeerplaats in het zuidwesten van Hornborgasjön. Om hier te komen moeten we, net als naar de vorige parkeerplaats trouwens, een behoorlijk stuk over zandpaden hobbelen. Links van ons zien we opeens een kudde reeën. Ze staan lekker in het zonnetje te grazen.
Het lijken ons geen wilde reeën maar er zitten ook geen hekken omheen. Kijken we hier naar het kerstdiner 2022?
Stacks Image 42
Stacks Image 40
De wandeling naar de Oranabbes vogelkijktoren is een kleine twee kilometer en gaat over kliffen en door bossen en geeft prachtige uitkijkjes op het meer. Er dobberen hier ook wilde zwanen, dat is voor het eerst dat ik die zie.
Stacks Image 48
Stacks Image 56
Stacks Image 58
Stacks Image 54
Als we na ruim een half uur de vogelkijktoren bereiken blijken er in het water voor de toren honderden zwanen te zwemmen. Het zijn vrijwel allemaal knobbelzwanen maar er zwemmen twee wilde tussen. Een van hen heeft z'n dag niet en is humeurig. Hij valt voortdurend de knobbelzwanen aan wat met een hoop gesnater en gespetter gepaard gaat. Soms duwt hij een knobbelzwaan onder water.
Stacks Image 50
Stacks Image 62
Stacks Image 66
Stacks Image 60
Stacks Image 76
Ze zijn mooi, de wilde zwanen. Iets slanker en lichter dan de knobbelzwaan en ze klinken anders, meer trompetterend, bijna als kraanvogels. Zou ik die gisteren dan gehoord hebben?
Stacks Image 78
Stacks Image 70
We blijven hier lang. Het onderlinge gekeuvel tussen de knobbelzwanen is fantastisch om te horen. Af en toe wordt de groep weer opgeschrikt door een uitbarsting van de wilde zwaan maar verder wordt er vredig gedobberd.

Tegen vier uur zijn we terug bij de bus. Op de heenweg zagen we langs de weg nog een grappig tafereeltje onderaan een boom dus daar loop ik nog even naartoe. Het lijkt erop alsof iemand een eekhoornhuisje gebouwd heeft, het is schattig gemaakt.
Stacks Image 80
We hebben eerder vanochtend een overnachting op Mösseberg camping bij Fjalköping gereserveerd. Het is een klein half uurtje rijden vanaf Hornborgasjön. Onderweg zien we zelfs nog een vos!
Stacks Image 90
We hebben nog niet gegeten en willen dat vandaag eigenlijk wel weer uit doen. Maar eerst nemen we een kijkje op de camping en zoeken alvast onze plek op. De camping ligt behoorlijk hoog en hier ligt nog veel sneeuw, er is een skigebied vlak naast de camping. Onze plek blijkt ook niet sneeuwvrij te zijn maar de sneeuwlaag lijkt niet heel hoog dus we denken daar wel doorheen te kunnen komen. Eerst maar eens eten.
Stacks Image 84
Terug bij de camping rijden we naar onze plek en hoeken de bus erin. Na vier meter zitten we muurvast. We kunnen niet meer voor- of achteruit. De laag sneeuw is niet alleen veel hoger dan gedacht, ook is de sneeuw flink bevroren. We hadden de sneeuw eerst even moeten checken voor we erin reden. Beginnersfout, leermoment etc. Dat doen we dus nooit meer. Er zit maar één ding op: graven. We hadden gelukkig een sneeuwschep aangeschaft, hebben we die in ieder geval niet voor niets gekocht!
Stacks Image 88
Terwijl we tijdens een prachtige zonsondergang Rez uit de sneeuw uitgraven komt er een notificatie binnen op mijn Apple Watch. Uit automatisme kijk ik wat het is. Het blijkt een mail van de ANWB te zijn waarin ze vragen of ik de aankoop van de sneeuwschep waar we op dat moment mee aan het graven zijn wil beoordelen!! Ok, dit is bijna eng toevallig. Zit er een bewegingssensor ingebouwd in die schep dat ze weten wanneer je hem gebruikt???
Stacks Image 96
Te vroeg proberen we, zelfs met de matten uit de bus, of we eruit kunnen rijden. Dat mislukt. We blijven graven tot alle sneeuw onder de bus weg is en met behulp van de matten kunnen we na ruim een half uur de bus eindelijk naar achteren rijden.

We overleggen wat te doen. We gaan niet twaalf vierkante meter sneeuw met de hand ruimen. En hoezo laat een camping je een plek reserveren zonder dat ze die sneeuwvrij hebben gemaakt? We rijden meerdere rondjes over het terrein maar nergens is een sneeuwvrije plek. We denken er nog even over om de bus pontificaal voor de receptie te zetten maar uiteindelijk besluiten we een stuga te reserveren. We balen wel, dit was onze laatste nacht in Rez en het had ons ook erg leuk geleken om op deze sneeuwrijke plek de vakantie af te sluiten. Het wordt dus een stuga op een kilometer of acht buiten Fjalköping.

Als we aan komen rijden via een privé weg worden we binnen geloodsd door de eigenaren. Het eerste wat we horen als we uit de bus stappen is de roep van een bosuil, direct daarop worden we warm welkom geheten door Lena en Ingvar. Ze zijn zo tegen de 70 en bijzonder aardig. Ingvar heeft de houtkachel voor ons aangestoken, zegt hij. We krijgen nog wat huishoudelijke mededelingen en betreden dan de stuga.
Stacks Image 103
Stacks Image 105
Het is een heerlijk huis, ruim en gezellig. Bij het knapperende houtvuur drinken we een lekker kopje koffie met een Zweeds koffiebroodje erbij en praten na over de camping. We begrijpen beiden niet zo goed waarom er niet een paar extra plekken sneeuwvrij zijn gemaakt. Grotere campers (wij zijn natuurlijk maar een kleintje) kunnen waarschijnlijk wel door die hoge sneeuw. Ik besluit in ieder geval nog een mail te sturen waarin ik het verhaal uitleg en hen laat weten dat we er dus niet overnacht hebben. Het bewijs kunnen ze op plek 66 vinden...

Veel te snel is de laatste avond voorbij en zoeken we ons bed op. Morgen is het tijd om weer naar Nederland terug te gaan.