Varangerfjord > Nordkapp
Maandag 26 juli 2021- Dag 17
Vandaag nemen we afscheid van Varangerfjord en rijden we naar de plek waar deze reis om begonnen was: de Noordkaap! Het is een flinke rit van ruim 400 kilometer dus het wordt een lange dag.
Gedurende lange tijd volgen we de rivier de Tana (Sámi voor “Grote rivier“). Normaal wordt hier veel op zalm gevist (de zwaarste was 36 kilo, dat record stamt uit 1929) maar voor dit jaar is er een verbod op vissen vanwege overbevissing. Toch wordt er her en der wel gevist, zien we.
Richting Ifjord komen we over een plateau. Naast de weg grazen kuddes rendieren, het zijn er honderden. Ondanks dat we er inmiddels al duizenden gezien moeten hebben blijft het prachtig om te zien!
Gedurende lange tijd volgen we de rivier de Tana (Sámi voor “Grote rivier“). Normaal wordt hier veel op zalm gevist (de zwaarste was 36 kilo, dat record stamt uit 1929) maar voor dit jaar is er een verbod op vissen vanwege overbevissing. Toch wordt er her en der wel gevist, zien we.
Richting Ifjord komen we over een plateau. Naast de weg grazen kuddes rendieren, het zijn er honderden. Ondanks dat we er inmiddels al duizenden gezien moeten hebben blijft het prachtig om te zien!
Terwijl we steeds noordelijker komen moeten we opeens vol in de remmen. Een zwarte hond heeft zich losgerukt van zijn baas terwijl ze net uit de auto stappen die naast de weg geparkeerd staat. De hond rent in volle vaart op onze bus af en ik moet mijn uiterste best doen om hem niet te raken maar om ook zelf niet van de weg te raken. Als de bus eindelijk scheef op de weg staan tot stilstand is gekomen en ik de deur opendoe om te kijken of ik de hond niet geraakt heb springt hij bijna naar binnen en geeft me een speels beetje in de arm. De baas is inmiddels ook aan komen lopen en trekt de hond, die de riem nog omheeft, mee en zegt vrij ongeïnteresseerd “sorry’. Ik zit nog na te trillen. Het laatste wat je wilt is een dier doodrijden maar de man heeft er blijkbaar weinig emotie bij.
We starten de bus weer en rijden verder maar dan moeten we nogmaals vol in de remmen voor een rendier dat de weg over rent. Wat ons betreft is het zo wel even voldoende en gelukkig volgen er niet meer incidenten als deze.
Even namen and shamen: de hond met baas en het betreffende rendier.
We starten de bus weer en rijden verder maar dan moeten we nogmaals vol in de remmen voor een rendier dat de weg over rent. Wat ons betreft is het zo wel even voldoende en gelukkig volgen er niet meer incidenten als deze.
Even namen and shamen: de hond met baas en het betreffende rendier.
In het gehucht Kunes stoppen we om wat brood te halen. We hebben het gevoel dat we in een stoffig western-stadje terecht zijn gekomen. De mevrouw bij de kassa keek ons aan alsof we van een andere planeet kwamen…
Het is inmiddels een mooie, zonnige dag geworden en we eten ons broodje op een picknickplaats met uitzicht op het Børselvdalen og BihkkaĨohkka naturreservater.
Dan zien we de eerste “Nordkapp” borden. We beginnen nu echt in de buurt te komen, al is het vanaf dit punt nog 129 kilometer.
Er wordt veel aan de weg gewerkt op deze route. Maar niet nu, aan de boodschap die de wegwerkers voor ons hebben achtergelaten is het ook hier bouwvak.
Het landschap verandert, het wordt steeds desolater. Af en toe staan er enkele huisjes of hutten. Er is weinig verkeer, zowel naar de Noordkaap toe als er vanaf.
Vlak voordat we de Noordkaap bereiken rijden we opeens in een muur van mist. We zien geen hand voor ogen. Het duurt een paar honderd meter en als we eruit rijden zien we het bord.
Het is 19:25 uur op maandag 26 juli 2021, het is dag 17 van onze Noordkaapreis en we zijn op 71°10'21 graden. We hebben het gehaald!
Het is 19:25 uur op maandag 26 juli 2021, het is dag 17 van onze Noordkaapreis en we zijn op 71°10'21 graden. We hebben het gehaald!
In 1664 bereikte de Italiaan Francesco Negri als eerste ontdekkingsreiziger de Noordkaap, in zijn logboek schreef hij:
Hier ben ik op de Noordkaap, aan de rand van Finnmark, en ik durf te zeggen de uiterste rand van de wereld, aangezien er geen andere plaatsen verder naar het noorden door mensen worden bewoond. Deze bevestiging is nu tot mijn tevredenheid vervuld en ik zal keer terug naar Denemarken en, als God het toelaat, naar mijn geboorteland.
Francesco Negri
Bij een toegangshuisje moeten we stoppen. Het meisje achter de kassa heet ons welkom en meldt dat we gratis op het parkeerterrein mogen overnachten en dat toegang tot het bezoekerscentrum 250 kronen per persoon kost, zo’n 25 euro. Voor nu slaan we dat even over, die kopen we later wel.
We rijden door naar de parkeerplaats, die al flink vol staat. De mooiste plekken, die met uitzicht op de zee en de zon, staan al vol. Ook de tweede rij staat al aardig vol maar we weten er toch nog een geschikt plekje te bemachtigen.
Als eerste lopen we naar de rand van de klif 307 meter recht naar beneden de zee in duikt. Het is half acht geweest maar de zon staat nog flink hoog aan de hemel.
We rijden door naar de parkeerplaats, die al flink vol staat. De mooiste plekken, die met uitzicht op de zee en de zon, staan al vol. Ook de tweede rij staat al aardig vol maar we weten er toch nog een geschikt plekje te bemachtigen.
Als eerste lopen we naar de rand van de klif 307 meter recht naar beneden de zee in duikt. Het is half acht geweest maar de zon staat nog flink hoog aan de hemel.
En dan lopen we natuurlijk door naar hét symbool voor de Noordkaap, the Globe. Het is prachtig weer, volkomen wolkenloos. Een mooiere dag dan vandaag hadden we niet kunnen treffen.
We besluiten dit mooie moment te vieren met een glaasje bubbels in het restaurant met de Globe op de achtergrond.
Dan is het wachten tot de zon op z’n laagste punt is. We kopen de toegangskaarten tot het bezoekerscentrum en besteden de tijd met het kijken van een panoramafilm over de vier jaargetijden op de Noordkaap en bekijken de andere bezienswaardigheden in het gebouw en het terrein, waar net een vlaag mist overheen trekt. Het geeft het terrein een serene, bijna Burning Man-achtige sfeer.
En dan is het zo ver. Dit is het moment dat de zon weer opkomt zonder ondergegaan te zijn: midnattsol, de Middernachtzon. We merkten natuurlijk al wel dat het nooit donker werd maar om daadwerkelijk te zíen dat de zon de horizon niet eens raakt en de zon aldoor zichtbaar blijft maakt het tot een enorm bijzonder moment.
We maken nog wat foto’s en Barth maakt drone opnames (eerste foto hieronder) en lopen dan terug naar de bus. Het is inmiddels half twee ’s nachts. Als we bij de bus aankomen merken we op dat de zon de bus nét beschijnt. Het blijft bijzonder, een zonsopkomst om half twee 's nacht.
Het blijft nog lang onrustig op de parkeerplaats. Veel mensen gaan weer terug naar een onderkomen in de buurt of zoeken een andere plek voor hun camper. Maar de slaap konden we toch nog niet vatten na het aanschouwen van zo'n bijzonder fenomeen…